De RIKZ.Z heeft tot doel het uitvoeren van de opdrachten, die haar worden toegekend door het ‘decreet betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken’ van 1 december 1993 en het ‘besluit van de Vlaamse Executieve tot uitvoering van het decreet betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken’ of krachtens de diverse onderwijsdecreten.

Enkele relevante bepalingen van het decreet van 1 december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken. Taken voorzien door het decreet:

Art. 6 § 1 ‘de werking van de inspectie en de begeleiding van de niet-confessionele zedenleer’.

Onder werking wordt verstaan:

Het voorstellen van de ambtsgebieden van de leden van de inspectie en begeleiding van de niet-confessionele zedenleer’;
Het bepalen van het onderwijsniveau, de onderwijsvorm waarin zij hun inspectie- en begeleidingsopdrachten uitvoeren;
Het bepalen van de wijze waarop de inspectie- en begeleidingsopdrachten worden uitgevoerd;
Het bepalen van de beroepsbekwaamheid en de pedagogische bekwaamheid van de betrokken leden van de inspectie en begeleiding;
Het opstellen van de leerplannen. De erkende vereniging van de niet-confessionele zedenleer is zelf volledig verantwoordelijk voor het opstellen van de leerplannen, zonder tussenkomst van de Vlaamse regering.
De onderwijsdecreten geven de erkende vereniging voor het vak NCZ tevens bevoegdheid i.v.m. de aanstelling, de benoeming en het ontslag van leraars niet-confessionele zedenleer. Deze statutaire toestanden worden bepaald in consensus met de inrichtende macht, de algemene idee kan verwoord worden als volgt: het inhoudelijke deel valt onder de verantwoordelijkheid van de RIKZ.Z, het administratieve deel valt onder de verantwoordelijkheid van de inrichtende macht.

Deze website maakt gebruik van cookies om uw gebruikersgemak te verbeteren. Lees meer