In het Vlaamse regeerakkoord staat dat leerlingen in het officieel onderwijs niet langer apart les krijgen over hun eigen levensbeschouwing. In plaats daarvan wil men twee uur per week interlevensbeschouwelijke dialoog invoeren, waarin verschillende overtuigingen samen besproken worden.
Als vrijzinnig humanistische gemeenschap hebben we hier veel vragen over. Hoe kun je een goed gesprek voeren over verschillende overtuigingen als je geen ruimte hebt om eerst te leren over je eigen levenswandel? En hoe ga je dat praktisch organiseren? Bovendien gebeurt dit alleen in het officieel onderwijs, terwijl het katholieke net hetzelfde blijft. En wat dan met het evenwicht tussen verschillende levensbeschouwingen in ons land?
Volgens ons is de Vlaamse regering trouwens niet bevoegd om dit te veranderen. Onze grondwet poneert namelijk dat de vrijheid van levensbeschouwelijk onderwijs beschermd is (artikel 24), en dit artikel kan op federaal niveau niet zomaar worden aangepast. Gaat dit leiden tot juridische problemen bij het Grondwettelijk Hof?
Maar dat deze onduidelijke en dubbelzinnige passage voorlopig meer vragen oproept dan antwoorden biedt, is een evidentie. Het is belangrijk dat we niet te veel speculeren over wat er nu op ons afkomt. We zijn fier op ons vak en we zijn ons bewust van onze eigenheid. Over die eigenheid zullen we in de komende legislatuur waken.
We vragen dan ook om een constructieve dialoog met de nieuwe regering, zodat we samen de meer dan 130 000 leerlingen die vandaag het vak Niet-Confessionele Zedenleer (NCZ) volgen en hun ouders, kunnen blijven voorzien van de beste pedagogische ondersteuning.
NCZ zal voor ons altijd een toekomst hebben.